Dutch
Detailed Translations for completering from Dutch to English
completering:
-
de completering (voltooiing)
-
de completering (afronding)
Translation Matrix for completering:
Noun | Related Translations | Other Translations |
completion | afronding; completering; voltooiing | aanvulling; afbouw; afdoening; afhandeling; afwerking; supplement; suppletie; volbrenging; voltooiing |
fill up | completering; voltooiing | aanvulling; supplement; suppletie |
finishing | completering; voltooiing | afbouw; afbouwen; afmaken; afwerken; afwerking; liquidatie; vernietiging |
round off | afronding; completering | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
fill up | aanvullen; bijschenken; bijtanken; bijvullen; completeren; dichtgooien; gaten dichten; opvullen; stoppen; tanken; toevoegen; vol maken; volmaken; volplempen; volstorten; voltallig maken; vullen | |
round off | afronden; completeren; laatste gedeelte afmaken |