Dutch
Detailed Translations for deductie from Dutch to English
deductie:
-
de deductie (aftrek; vermindering; aftrekking)
Translation Matrix for deductie:
Noun | Related Translations | Other Translations |
allowance | aftrek; aftrekking; deductie; vermindering | akkoord; arbeidsloon; bezoldiging; fiat; gage; goedkeuring; goedvinden; gunning; honorarium; licentie; loon; permissie; salaris; soldij; subsidie; tegemoetkoming; toelage; toestemming; traktement; verdienste; vergunning; wedde |
deduction | aftrek; aftrekking; deductie; vermindering | afleiden; deduceren; korting; prijsverlaging; reductie |
rebate | aftrek; aftrekking; deductie; vermindering | baisse; deflatie; korting; prijsdaling; prijsverlaging; rabat; reductie |
relief | aftrek; aftrekking; deductie; vermindering | assistentie; bemoediging; bevrijding; bijstand; geruststelling; handreiking; herademing; hulp; hulpbetoon; hulpverlenen; hulpverlening; kalmering; ondersteuning; ontzet; ontzetting; opluchting; opmontering; redding; reliëf; sociale bijstand; uitkering; verlichting; verlossing; vertroosting; verzachting; vrijmaking |