Dutch
Detailed Translations for dropping from Dutch to English
dropping:
Translation Matrix for dropping:
Noun | Related Translations | Other Translations |
drop | dropping | borrel; drop; druppel; neut; oorlam; staande receptie; valhoogte |
Verb | Related Translations | Other Translations |
drop | afdruipen; afsmijten; afwerpen; afzetten; afzien van rechtsvervolging; droppen; druipen; druppelen; druppels laten vallen; druppen; flikkeren; inkrimpen; kelderen; kiepen; kieperen; krimpen; laten uitstappen; lazeren; omlaagstorten; ontheffen; ontslaan; seponeren; sijpelen; slinken; tuimelen; uitdruppelen; uitsturen; vallen; verwijderen; verzenden; weglaten; wegsturen; wegzenden; zakken |