Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. een opdonder verkopen:


Dutch

Detailed Translations for een opdonder verkopen from Dutch to English

een opdonder verkopen:

een opdonder verkopen verb (verkoop een opdonder, verkoopt een opdonder, verkocht een opdonder, verkochten een opdonder, een opdonder verkopend)

  1. een opdonder verkopen
    belt; to punch; to clip
    • belt verb
    • punch verb (punches, punched, punching)
    • clip verb (clips, clipped, clipping)

Conjugations for een opdonder verkopen:

o.t.t.
  1. verkoop een opdonder
  2. verkoopt een opdonder
  3. verkoopt een opdonder
  4. verkopen een opdonder
  5. verkopen een opdonder
  6. verkopen een opdonder
o.v.t.
  1. verkocht een opdonder
  2. verkocht een opdonder
  3. verkocht een opdonder
  4. verkochten een opdonder
  5. verkochten een opdonder
  6. verkochten een opdonder
v.t.t.
  1. heb een opdonder verkopend
  2. hebt een opdonder verkopend
  3. heeft een opdonder verkopend
  4. hebben een opdonder verkopend
  5. hebben een opdonder verkopend
  6. hebben een opdonder verkopend
v.v.t.
  1. had een opdonder verkopend
  2. had een opdonder verkopend
  3. had een opdonder verkopend
  4. hadden een opdonder verkopend
  5. hadden een opdonder verkopend
  6. hadden een opdonder verkopend
o.t.t.t.
  1. zal een opdonder verkopen
  2. zult een opdonder verkopen
  3. zal een opdonder verkopen
  4. zullen een opdonder verkopen
  5. zullen een opdonder verkopen
  6. zullen een opdonder verkopen
o.v.t.t.
  1. zou een opdonder verkopen
  2. zou een opdonder verkopen
  3. zou een opdonder verkopen
  4. zouden een opdonder verkopen
  5. zouden een opdonder verkopen
  6. zouden een opdonder verkopen
diversen
  1. verkoop een opdonder!
  2. verkoopt een opdonder!
  3. een opdonder verkopend
  4. een opdonder verkopend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for een opdonder verkopen:

NounRelated TranslationsOther Translations
belt broekband; broekriem; ceintuur; gordel; gordelriem; riem
clip clip; kleine tik; klem; klemhaak; klopje; kram; mediaclip; multimediaclip; scheerwol; tang; tikje
punch dreun; duw; duwtje; handtastelijkheden; harde klap; hengst; klap; klappen; lel; mep; muilpeer; opdoffer; opdonder; opdonders; opduvel; oplawaai; opstopper; peut; pons; por; ram; slag; stoot; stootje; uithaal; vuistslag; vuistslagen; zet
VerbRelated TranslationsOther Translations
belt een opdonder verkopen
clip een opdonder verkopen haar kort laten knippen; inkorten; knotten; kort knippen; kort maken; korten; korter maken; kortwieken; scheren; verkorten
punch een opdonder verkopen doorponsen; hengsten; ponsen; rammen; stansen; stompen

Related Translations for een opdonder verkopen