Summary
Dutch
Detailed Translations for gemalen from Dutch to English
gemalen:
-
de gemalen (vermalen)
Translation Matrix for gemalen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
crunched | gemalen; vermalen | |
ground | gemalen; vermalen | aarde; aardkorst; afweging; bodem; bodemoppervlak; bouwterrein; gebied; grond; kavel; overdenking; overweging; perceel; terrein; vloer |
Verb | Related Translations | Other Translations |
ground | aarden; funderen; gronden; hameren; instellen; invoeren; kloppen met een hamer; koloniseren; onderbouwen; onderheien; oprichten; settelen; stichten; vestigen |
gemalen form of malen:
Conjugations for malen:
o.t.t.
- maal
- maalt
- maalt
- malen
- malen
- malen
o.v.t.
- maalde
- maalde
- maalde
- maalden
- maalden
- maalden
v.t.t.
- heb gemalen
- hebt gemalen
- heeft gemalen
- hebben gemalen
- hebben gemalen
- hebben gemalen
v.v.t.
- had gemalen
- had gemalen
- had gemalen
- hadden gemalen
- hadden gemalen
- hadden gemalen
o.t.t.t.
- zal malen
- zult malen
- zal malen
- zullen malen
- zullen malen
- zullen malen
o.v.t.t.
- zou malen
- zou malen
- zou malen
- zouden malen
- zouden malen
- zouden malen
diversen
- maal!
- maalt!
- gemalen
- malend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for malen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
grind | fijnmalen; malen; vermalen | aanzetten; afslijpen; erafslijpen; scherpen; slijpen; wetten |
Related Words for "malen":
External Machine Translations: