Translate glittertje from Dutch to English

Remove Ads

Summary

Dutch to English: more detail...

glittertje:
- paillette; sequin; spangle
glitter:
- sham; tinsel; gilt; sparkling; splendour; sparkle; glittering; lustre; luster; splendor

Dutch

Detailed Translations for glittertje from Dutch to English

glittertje:

glittertje [het ~] noun

het glittertje (paillet; lovertje)
the paillette; the sequin; the spangle
- paillette [the ~] noun
- sequin [the ~] noun
- spangle [the ~] noun

Translation Matrix for glittertje:

Noun	Related Translations	Other Translations
paillette	glittertje; lovertje; paillet
sequin	glittertje; lovertje; paillet
spangle	glittertje; lovertje; paillet

Related Words for "glittertje":

glitter

glitter:

glitter [de ~ (m)] noun

de glitter (klatergoud)
the sham; the tinsel; the gilt
- sham [the ~] noun
- tinsel [the ~] noun
- gilt [the ~] noun
de glitter (fonkeling; sprankelen; fonkelen; schittering)
the sparkling; the splendour; the sparkle; the glittering; the lustre; the luster; the splendor
- sparkling [the ~] noun
- splendour [the ~] noun, British
- sparkle [the ~] noun
- glittering [the ~] noun
- lustre [the ~] noun, British
- luster [the ~] noun, American
- splendor [the ~] noun, American

Translation Matrix for glitter:

Noun	Related Translations	Other Translations
gilt	glitter; klatergoud	vergulding; verguldsel
glittering	fonkelen; fonkeling; glitter; schittering; sprankelen	blinken; flakkering; flikkering; geflikker; geglinster; schijn; schittering
luster	fonkelen; fonkeling; glitter; schittering; sprankelen
lustre	fonkelen; fonkeling; glitter; schittering; sprankelen
sham	glitter; klatergoud	draaier; excuus; façade; schijnvertoning; smoes; uiterlijke schijn; uitvlucht; veinzer; voorwending; voorwendsel
sparkle	fonkelen; fonkeling; glitter; schittering; sprankelen	flakker; flakkering; flikkering; flonkering; fonkeling; geflikker; gefonkel; glinstering; restjes; schijn; schittering; sprankjes; vonk
sparkling	fonkelen; fonkeling; glitter; schittering; sprankelen	flonkering; gesprankel; glans; luister; schitteren
splendor	fonkelen; fonkeling; glitter; schittering; sprankelen	glans; glorie; luister; praal; pracht; pronk
splendour	fonkelen; fonkeling; glitter; schittering; sprankelen	glans; glorie; luister; praal; pracht; pronk
tinsel	glitter; klatergoud
Verb	Related Translations	Other Translations
sham		beweren; huichelen; pretenderen; stellen; verklaren; voorgeven
sparkle		flikkeren; flonkeren; fonkelen; glanzen; glimmen; glinsteren; kralen; mousseren; opbruisen; parelen; schijnen; schitteren; sprankelen; stralen; tintelen; twinkelen; vonken; vonken schieten
Adjective	Related Translations	Other Translations
gilt		verguld
sham		bedriegelijk; gefingeerd; gelogen; nagemaakt; onecht; onwaar; vals
sparkling		fonkelend; glinsterend; schitterend
Modifier	Related Translations	Other Translations
glittering		fonkelend; glinsterend; glorierijk; luisterrijk; lustrijk; magnifiek; prachtig; schitterend

Related Words for "glitter":

glitters, glittertje, glittertjes

External Machine Translations:

Remove Ads

Translate glittertje from Dutch to English

Detailed Translations for glittertje from Dutch to English

glittertje:

glittertje [het ~] noun

het glittertje (paillet; lovertje)

Translation Matrix for glittertje:

Related Words for "glittertje":

glitter:

glitter [de ~ (m)] noun

de glitter (klatergoud)

de glitter (fonkeling; sprankelen; fonkelen; schittering)

Translation Matrix for glitter:

Related Words for "glitter":