Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. halfwekelijks:


Dutch

Detailed Translations for halfwekelijks from Dutch to English

halfwekelijks:

halfwekelijks adj

  1. halfwekelijks (twee keer per week)

Translation Matrix for halfwekelijks:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
twice a week halfwekelijks; twee keer per week
twice weekly halfwekelijks; twee keer per week