Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. hoofdluis:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for hoofdluis from Dutch to English

hoofdluis:

hoofdluis [de ~] noun

  1. de hoofdluis (luis)
    the louse

hoofdluis

  1. hoofdluis (piet)
    the head louse

Translation Matrix for hoofdluis:

NounRelated TranslationsOther Translations
head louse hoofdluis; piet
louse hoofdluis; luis ellendeling; kaffer; klier; kreng; mispunt; rotvent; schoft; schurk; smeerlap; snertvent; stuk ongeluk

Related Words for "hoofdluis":

  • hoofdluizen

Wiktionary Translations for hoofdluis:

hoofdluis
noun
  1. een klein, vleugelloos en bloedzuigend insect dat parasiterend leeft in het hoofdhaar