Dutch
Detailed Translations for ingewijd from Dutch to English
ingewijd:
Translation Matrix for ingewijd:
Adjective | Related Translations | Other Translations |
adept | adept; ingewijd | grif; grifweg; met gemak; vlot |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
initiated | adept; ingewijd |
inwijden:
-
inwijden (plechtig bevestigen; inaugureren; inhuldigen)
-
inwijden (inzegenen; wijden; zegenen; heiligen)
Conjugations for inwijden:
o.t.t.
- wijd in
- wijdt in
- wijdt in
- wijden in
- wijden in
o.v.t.
- wijdde in
- wijdde in
- wijdde in
- wijdden in
- wijdden in
- wijdden in
v.t.t.
- heb ingewijd
- hebt ingewijd
- heeft ingewijd
- hebben ingewijd
- hebben ingewijd
- hebben ingewijd
v.v.t.
- had ingewijd
- had ingewijd
- had ingewijd
- hadden ingewijd
- hadden ingewijd
- hadden ingewijd
o.t.t.t.
- zal inwijden
- zult inwijden
- zal inwijden
- zullen inwijden
- zullen inwijden
- zullen inwijden
o.v.t.t.
- zou inwijden
- zou inwijden
- zou inwijden
- zouden inwijden
- zouden inwijden
- zouden inwijden
en verder
- ben ingewijd
- bent ingewijd
- is ingewijd
- zijn ingewijd
- zijn ingewijd
- zijn ingewijd
diversen
- wijd in!
- wijdt in!
- ingewijd
- inwijdend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for inwijden:
Noun | Related Translations | Other Translations |
initiate | adept; ingewijde; insider | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
bless | heiligen; inwijden; inzegenen; wijden; zegenen | |
consecrate | heiligen; inwijden; inzegenen; wijden; zegenen | |
inaugurate | inaugureren; inhuldigen; inwijden; plechtig bevestigen | |
initiate | inaugureren; inhuldigen; inwijden; plechtig bevestigen | aankaarten; aansnijden; aanvoeren; engageren; entameren; erbij betrekken; initiëren; inviteren; naar voren brengen; ontgroenen; op gang brengen; op tafel leggen; opperen; opwerpen; poneren; suggereren; te berde brengen; ter sprake brengen; uitnodigen |
instal | inaugureren; inhuldigen; inwijden; plechtig bevestigen | aanbrengen; aanleggen; aanstellen; benoemen; inrichten; installeren; monteren en aansluiten; plaatsen |
install | inaugureren; inhuldigen; inwijden; plechtig bevestigen | aanbrengen; aanleggen; aanstellen; benoemen; inrichten; installeren; monteren en aansluiten; plaatsen |
sanctify | heiligen; inwijden; inzegenen; wijden; zegenen |
Wiktionary Translations for inwijden:
inwijden
Cross Translation:
verb
-
to open (a building, for example) to public use
-
to set apart for a deity or for religious purposes; consecrate
-
to make holy
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• inwijden | → bless; consecrate; ordain | ↔ bénir — (religion) consacrer au culte, au service divin avec certaines cérémonies. |
• inwijden | → initiate | ↔ initier — recevoir au nombre de ceux qui font profession de quelque culte particulier, admettre à la connaissance et à la participation de certaines cérémonies secrètes qui regarder le culte particulier de quelque divinité. |