Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. koppelaar:


Dutch

Detailed Translations for koppelaar from Dutch to English

koppelaar:

koppelaar [de ~ (m)] noun

  1. de koppelaar
    the matchmaker; the pander; the pimp; the procurer

Translation Matrix for koppelaar:

NounRelated TranslationsOther Translations
matchmaker koppelaar
pander koppelaar
pimp koppelaar pooier; souteneur
procurer koppelaar pooier; souteneur
VerbRelated TranslationsOther Translations
pander koppelen; paren; verbinden

Related Words for "koppelaar":

  • koppelaars