Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. louterend:
  2. louteren:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for louterend from Dutch to English

louterend:

louterend adj

  1. louterend

Translation Matrix for louterend:

AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
purifying louterend

Wiktionary Translations for louterend:

louterend
adjective
  1. purgative; inducing catharsis

louteren:

louteren verb (louter, loutert, louterde, louterden, gelouterd)

  1. louteren (in zedelijk opzicht zuiveren; reinigen; kuisen; klaren)
    to purify; to chasten; to refine; to ennoble
    • purify verb (purifies, purified, purifying)
    • chasten verb (chastens, chastened, chastening)
    • refine verb (refines, refined, refining)
    • ennoble verb (ennobles, ennobled, ennobling)

Conjugations for louteren:

o.t.t.
  1. louter
  2. loutert
  3. loutert
  4. louteren
  5. louteren
  6. louteren
o.v.t.
  1. louterde
  2. louterde
  3. louterde
  4. louterden
  5. louterden
  6. louterden
v.t.t.
  1. ben gelouterd
  2. bent gelouterd
  3. is gelouterd
  4. zijn gelouterd
  5. zijn gelouterd
  6. zijn gelouterd
v.v.t.
  1. was gelouterd
  2. was gelouterd
  3. was gelouterd
  4. waren gelouterd
  5. waren gelouterd
  6. waren gelouterd
o.t.t.t.
  1. zal louteren
  2. zult louteren
  3. zal louteren
  4. zullen louteren
  5. zullen louteren
  6. zullen louteren
o.v.t.t.
  1. zou louteren
  2. zou louteren
  3. zou louteren
  4. zouden louteren
  5. zouden louteren
  6. zouden louteren
en verder
  1. heb gelouterd
  2. hebt gelouterd
  3. heeft gelouterd
  4. hebben gelouterd
  5. hebben gelouterd
  6. hebben gelouterd
diversen
  1. louter!
  2. loutert!
  3. gelouterd
  4. louterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for louteren:

VerbRelated TranslationsOther Translations
chasten in zedelijk opzicht zuiveren; klaren; kuisen; louteren; reinigen afstraffen; straffen
ennoble in zedelijk opzicht zuiveren; klaren; kuisen; louteren; reinigen veredelen; verfijnen
purify in zedelijk opzicht zuiveren; klaren; kuisen; louteren; reinigen uitwassen; wassen
refine in zedelijk opzicht zuiveren; klaren; kuisen; louteren; reinigen bijschaven; perfectioneren; raffineren; veredelen; verfijnen

Wiktionary Translations for louteren:

louteren
verb
  1. to purify

Cross Translation:
FromToVia
louteren purify; clean; cleanse; purge; launder purifierrendre pur, ôter ce qu’il y a d’impur, de grossier, d’étranger.