Dutch
Detailed Translations for onbevangenheid from Dutch to English
onbevangenheid:
-
de onbevangenheid
Translation Matrix for onbevangenheid:
Noun | Related Translations | Other Translations |
detachment | onbevangenheid | afdeling; afstandelijkheid; departement; detachement; gereserveerdheid; kilte; koelheid; koelte; openhartigheid; openheid; oprechtheid; rondborstigheid; rondheid; sectie; tak |
frankness | onbevangenheid | ontvankelijkheid; openhartigheid; openheid; oprechtheid; rondborstigheid; rondheid; vrijmoedigheid |
open-mindedness | onbevangenheid |
Related Words for "onbevangenheid":
onbevangenheid form of onbevangen:
-
onbevangen
unprejudiced; frank; candid; open-minded; outspoken; liberal-
unprejudiced adj
-
frank adj
-
candid adj
-
open-minded adj
-
outspoken adj
-
liberal adj
-
Translation Matrix for onbevangen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
liberal | liberaal | |
Adjective | Related Translations | Other Translations |
candid | onbevangen | niet beschroomd; onbedeesd; onbeschroomd; stoutmoedig; vrijmoedig; vrijpostig |
frank | onbevangen | benaderbaar; cru; eerlijk; frank; genaakbaar; gulweg; met open vizier; niet beschroomd; onbedeesd; onbeschroomd; onbewimpeld; onomwonden; onverbloemd; onverholen; open; openhartig; openlijk; oprecht; rechtschapen; rechttoe; rechttoe rechtaan; rondborstig; ronduit; ruiterlijk; stoutmoedig; toegankelijk; volmondig; vrij; vrijelijk; vrijmoedig; vrijpostig; vrijuit |
liberal | onbevangen | genereus; goedgeefs; gul; liberaal; mild; onbekrompen; royaal; ruimhartig; scheutig; vrijgevig; vrijzinnig |
open-minded | onbevangen | |
outspoken | onbevangen | cru; onbewimpeld; onomwonden; onverbloemd; onverholen; openhartig; openlijk; rechttoe rechtaan; ronduit; ruiterlijk; volmondig |
unprejudiced | onbevangen |