Summary


Dutch

Detailed Translations for rijmde from Dutch to English

rijmen:

rijmen verb (rijm, rijmt, rijmde, rijmden, gerijmd)

  1. rijmen
    to rhyme
    • rhyme verb (rhymes, rhymed, rhyming)

Conjugations for rijmen:

o.t.t.
  1. rijm
  2. rijmt
  3. rijmt
  4. rijmen
  5. rijmen
  6. rijmen
o.v.t.
  1. rijmde
  2. rijmde
  3. rijmde
  4. rijmden
  5. rijmden
  6. rijmden
v.t.t.
  1. heb gerijmd
  2. hebt gerijmd
  3. heeft gerijmd
  4. hebben gerijmd
  5. hebben gerijmd
  6. hebben gerijmd
v.v.t.
  1. had gerijmd
  2. had gerijmd
  3. had gerijmd
  4. hadden gerijmd
  5. hadden gerijmd
  6. hadden gerijmd
o.t.t.t.
  1. zal rijmen
  2. zult rijmen
  3. zal rijmen
  4. zullen rijmen
  5. zullen rijmen
  6. zullen rijmen
o.v.t.t.
  1. zou rijmen
  2. zou rijmen
  3. zou rijmen
  4. zouden rijmen
  5. zouden rijmen
  6. zouden rijmen
diversen
  1. rijm!
  2. rijmt!
  3. gerijmd
  4. rijmend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for rijmen:

NounRelated TranslationsOther Translations
rhyme gerijmel; rijm; rijmelarij; rijmpje; rijmwoord
VerbRelated TranslationsOther Translations
rhyme rijmen

Related Words for "rijmen":


Wiktionary Translations for rijmen:

rijmen
verb
  1. transitive, to rhyme with
  2. put words together

Cross Translation:
FromToVia
rijmen bring into agreement; reconcile; bring into accord; grant accordermettre d’accord.
rijmen be in agreement; coincide; match; agree; conform concorder — Être en concordance.
rijmen correspond; coincide; match; agree; conform; adhere; comply correspondre — Être en rapport de symétrie et d’harmonie avec quelque chose.