Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. schakelknop:


Dutch

Detailed Translations for schakelknop from Dutch to English

schakelknop:

schakelknop [de ~ (m)] noun

  1. de schakelknop (schakelaar; knop)
    the button; the stud
    the switch
    – control consisting of a mechanical or electrical or electronic device for making or breaking or changing the connections in a circuit 1

Translation Matrix for schakelknop:

NounRelated TranslationsOther Translations
button knop; schakelaar; schakelknop drukkertje; hoofddeksel; knop; knopje; overhemdsknoopje; pet
stud knop; schakelaar; schakelknop dekhengst; mannelijk fokdier; overhemdsknoopje; tapeind; tapschroef; versierder
switch knop; schakelaar; schakelknop invaller; knop; lichtknop; omruil; omschakelaar; omwisselen; omwisseling; schakeloptie; spoorwegwissel; stroomwisselaar; switch; verruiling; verwisseling; wissel; wisselaar; wisselspeler
VerbRelated TranslationsOther Translations
button aan elkaar binden; aan elkaar knopen; knopen; strikken; vastknopen
switch afwisselen; herzien; inwisselen; naar een andere versnelling overgaan; omruilen; omwisselen; ruilen; schakelen; veranderen; verruilen; verwisselen; wijzigen; wisselen

Related Words for "schakelknop":

  • schakelknoppen