Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. tuinhuisje:


Dutch

Detailed Translations for tuinhuisje from Dutch to English

tuinhuisje:

tuinhuisje [het ~] noun

  1. het tuinhuisje (prieel; zomerhuisje)
    the arbour; the garden house; the bower; the summerhouse; the arbor

Translation Matrix for tuinhuisje:

NounRelated TranslationsOther Translations
arbor prieel; tuinhuisje; zomerhuisje
arbour prieel; tuinhuisje; zomerhuisje
bower prieel; tuinhuisje; zomerhuisje
garden house prieel; tuinhuisje; zomerhuisje tuinhuis
summerhouse prieel; tuinhuisje; zomerhuisje

Related Words for "tuinhuisje":

  • tuinhuisjes