Summary
Dutch to English: more detail...
- typerend:
- typeren:
-
Wiktionary:
- typerend → characteristic
- typeren → typify
- typeren → characterize
Dutch
Detailed Translations for typerend from Dutch to English
typerend:
-
typerend (karakteristiek; kenmerkend; typisch; tekenend)
-
typerend (kenschetsend; tekenend)
Translation Matrix for typerend:
Noun | Related Translations | Other Translations |
characteristic | eigenschap; karakterisering; karakteristiek; karaktertrek; karaktertrekje; kenmerk; stigma; trekje; typering | |
distinctive | distinctief | |
Adjective | Related Translations | Other Translations |
characteristic | karakteristiek; kenmerkend; kenschetsend; tekenend; typerend; typisch | illustratief; specifiek |
distinctive | karakteristiek; kenmerkend; tekenend; typerend; typisch | afzonderlijk; apart |
typical | karakteristiek; kenmerkend; kenschetsend; tekenend; typerend; typisch | illustratief |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
characterizing | kenschetsend; tekenend; typerend | karakteriserend |
Wiktionary Translations for typerend:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• typerend | → characteristic | ↔ charakteristisch — typisch, für etwas bezeichnend/ kennzeichnend |
typeren:
-
typeren (kenschetsen; karakteriseren; kenmerken)
to characterize; to characterise– describe or portray the character or the qualities or peculiarities of 1 -
typeren (karakteriseren; kenmerken; tekenen; kenschetsen)
to characterize; to characterise– describe or portray the character or the qualities or peculiarities of 1
Conjugations for typeren:
o.t.t.
- typeer
- typeert
- typeert
- typeren
- typeren
- typeren
o.v.t.
- typeerde
- typeerde
- typeerde
- typeerden
- typeerden
- typeerden
v.t.t.
- ben getypeerd
- bent getypeerd
- is getypeerd
- zijn getypeerd
- zijn getypeerd
- zijn getypeerd
v.v.t.
- was getypeerd
- was getypeerd
- was getypeerd
- waren getypeerd
- waren getypeerd
- waren getypeerd
o.t.t.t.
- zal typeren
- zult typeren
- zal typeren
- zullen typeren
- zullen typeren
- zullen typeren
o.v.t.t.
- zou typeren
- zou typeren
- zou typeren
- zouden typeren
- zouden typeren
- zouden typeren
diversen
- typeer!
- typeert!
- getypeerd
- typerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for typeren:
Wiktionary Translations for typeren:
typeren
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• typeren | → characterize | ↔ charakterisieren — ‚etwas charakterisiert jemanden:‘ für jemanden typisch, kennzeichnend sein |