Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. uitlaatklep:


Dutch

Detailed Translations for uitlaatklep from Dutch to English

uitlaatklep:

uitlaatklep [de ~] noun

  1. de uitlaatklep (steun en toeverlaat)
    the outlet
  2. de uitlaatklep (uitlaat)
    the exhaust; the exhaust-valve

Translation Matrix for uitlaatklep:

NounRelated TranslationsOther Translations
exhaust uitlaat; uitlaatklep knalpot; uitlaat; uitlaatpijp; vlampijp
exhaust-valve uitlaat; uitlaatklep
outlet steun en toeverlaat; uitlaatklep afvoerbuis; afwatering; afwateringsbuis; contactdoos; lozing; regenpijp; riool; spui; stopcontact; uitlaat; uitlaatpijp; vlampijp; wandcontactdoos; waterafvoer
VerbRelated TranslationsOther Translations
exhaust afbreken; ruineren; slopen; vernielen; vernietigen; verwoesten

Related Words for "uitlaatklep":

  • uitlaatkleppen