Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. ingewikkeld maken:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for ingewikkeld maken from Dutch to Spanish

ingewikkeld maken:

ingewikkeld maken verb (maak ingewikkeld, maakt ingewikkeld, maakte ingewikkeld, maakten ingewikkeld, ingewikkeld gemaakt)

  1. ingewikkeld maken (compliceren; moeilijk maken)

Conjugations for ingewikkeld maken:

o.t.t.
  1. maak ingewikkeld
  2. maakt ingewikkeld
  3. maakt ingewikkeld
  4. maken ingewikkeld
  5. maken ingewikkeld
  6. maken ingewikkeld
o.v.t.
  1. maakte ingewikkeld
  2. maakte ingewikkeld
  3. maakte ingewikkeld
  4. maakten ingewikkeld
  5. maakten ingewikkeld
  6. maakten ingewikkeld
v.t.t.
  1. heb ingewikkeld gemaakt
  2. hebt ingewikkeld gemaakt
  3. heeft ingewikkeld gemaakt
  4. hebben ingewikkeld gemaakt
  5. hebben ingewikkeld gemaakt
  6. hebben ingewikkeld gemaakt
v.v.t.
  1. had ingewikkeld gemaakt
  2. had ingewikkeld gemaakt
  3. had ingewikkeld gemaakt
  4. hadden ingewikkeld gemaakt
  5. hadden ingewikkeld gemaakt
  6. hadden ingewikkeld gemaakt
o.t.t.t.
  1. zal ingewikkeld maken
  2. zult ingewikkeld maken
  3. zal ingewikkeld maken
  4. zullen ingewikkeld maken
  5. zullen ingewikkeld maken
  6. zullen ingewikkeld maken
o.v.t.t.
  1. zou ingewikkeld maken
  2. zou ingewikkeld maken
  3. zou ingewikkeld maken
  4. zouden ingewikkeld maken
  5. zouden ingewikkeld maken
  6. zouden ingewikkeld maken
diversen
  1. maak ingewikkeld!
  2. maakt ingewikkeld!
  3. ingewikkeld gemaakt
  4. ingewikkeld makend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for ingewikkeld maken:

VerbRelated TranslationsOther Translations
atrapar compliceren; ingewikkeld maken; moeilijk maken betrappen; buitmaken; grijpen; klauwen; oogsten; pakken; plukken; snappen; vangen; vatten; verstrikken; verzamelen
complicarse compliceren; ingewikkeld maken; moeilijk maken hinderen; moeilijk maken; tegenwerken
enredar compliceren; ingewikkeld maken; moeilijk maken aanblazen; aanstoken; aanwakkeren; afbakenen; afpalen; afzetten; begrenzen; intrigeren; konkelen; kuipen; neppen; obsederen; omlijnen; oppoken; opstoken; poken; sjoemelen; stoken; verwikkelen
envolver compliceren; ingewikkeld maken; moeilijk maken beperken; bijsluiten; bijvoegen; draperen; emballeren; indammen; inkapselen; inpakken; inperken; insluiten; inwikkelen; limiteren; met handen omvatten; met stof behangen; om het lijf binden; ombinden; omgeven; omringen; omspannen; omtrekken; omvatten; omwikkelen; omwinden; toevoegen; verpakken; wikkelen
involucrar compliceren; ingewikkeld maken; moeilijk maken verwikkelen
OtherRelated TranslationsOther Translations
envolver erbij betrekken; verwikkelen

Wiktionary Translations for ingewikkeld maken:


Cross Translation:
FromToVia
ingewikkeld maken complicar compliquer — Rendre confus ou difficile à comprendre.

External Machine Translations:

Related Translations for ingewikkeld maken