Dutch
Detailed Translations for schennis from Dutch to Spanish
schennis:
-
de schennis (inbreuk; aantasting; schending)
Translation Matrix for schennis:
Noun | Related Translations | Other Translations |
delito | aantasting; inbreuk; schending; schennis | delict; gruwel; gruweldaad; misdaad; misdraging; misdrijf; overtreding; schanddaad; verdragsschending; vergrijp; wandaad; wangedrag; wetsovertreding; wreedheid |
falta | aantasting; inbreuk; schending; schennis | abuis; blunder; deficit; delict; domheid; dwaling; feil; flater; fout; gebrek; giller; incorrectheid; manco; misgreep; misslag; onbillijkheid; ongerechtigheid; onjuistheid; onrecht; onrechtvaardigheid; overtreding; tekort; verdragsschending; vergissing; vergrijp; zwakheid |
infracción | aantasting; inbreuk; schending; schennis | delict; misdaad; misdrijf; overtreding; schanddaad; verdragsschending; vergrijp; wandaad; wetsovertreding |
violación | aantasting; inbreuk; schending; schennis | aanranding; misbruik; oneigenlijk gebruik; verdragsschending; verkrachting |
violación del tratado | aantasting; inbreuk; schending; schennis | verdragsschending |
Related Words for "schennis":
Wiktionary Translations for schennis:
schennis
noun
-
inbreuk maken op, schending
- schennis → quebradura