Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. standje:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for standje from Dutch to Spanish

standje:

standje [het ~] noun

  1. het standje (lichaamshouding; houding; stand; pose)
    la postura
  2. het standje (terechtwijzing; reprimande; berisping; )
    el reproche; la reprimenda; la recriminación; la amonestación; la reprobación
  3. het standje (berisping; reprimande; terechtwijzing)
    el reproche; la reprimenda
  4. het standje (schrobbering; uitbrander)
    la regañina; la reprimenda

Translation Matrix for standje:

NounRelated TranslationsOther Translations
amonestación berisping; gisping; lering; reprimande; standje; terechtwijzing; verwijt vermaan; vermaning; waarschuwing
postura houding; lichaamshouding; pose; stand; standje air; figuur; gedaante; geesteshouding; geld inzetten; gestalte; gezindheid; inzetten; leg; lichaamspostuur; overtuiging; positie; postuur; stand van het lichaam; standpunt; vaststaande mening; vorm
recriminación berisping; gisping; lering; reprimande; standje; terechtwijzing; verwijt recriminatie; tegenbeschuldiging; tegeneis
regañina schrobbering; standje; uitbrander
reprimenda berisping; gisping; lering; reprimande; schrobbering; standje; terechtwijzing; uitbrander; verwijt donderpreek; raket; schrobbering; uitschijter
reprobación berisping; gisping; lering; reprimande; standje; terechtwijzing; verwijt donderspeech; verkettering
reproche berisping; gisping; lering; reprimande; standje; terechtwijzing; verwijt bezwaar; blaam; grief; het klagen; klacht; kwalijk nemen; verwijt

Related Words for "standje":


Related Definitions for "standje":

  1. keer dat je boos toegesproken wordt1
    • het ondeugende kind kreeg een standje1

Wiktionary Translations for standje:


Cross Translation:
FromToVia
standje posición Stellung — Position beim Geschlechtsverkehr