Noun | Related Translations | Other Translations |
asiento
|
bezinksel; dik; drab; droesem; grondsop; moer; zetsel
|
bank; bijeenkomst; boeking; boekstuk; bril; crapaud; fauteuil; gestoelte; inschrijving; locatie; luie stoel; makkelijke stoel; manifestatie; plaats; plek; samenkomst; stoel; troon; vergadering; zetel; zitbank; zitplaats; zitting
|
asquerosidad
|
drab; morsigheid; slonzigheid; smeerlapperij; smerigheid; viespeukerij; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid; zwijnenboel
|
afstotelijkheid; obsceniteit; schuinheid; smeerlapperij; vervuiling; viespeukerij; viezigheid; vuilbekkerij; vuile taal; vuilheid; vuiligheid
|
borroso
|
drab; droesem; grondsoppen
|
|
cochinada
|
drab; koffiedik; prut
|
zwijnerij
|
desaseo
|
drab; morsigheid; slonzigheid; smeerlapperij; smerigheid; viespeukerij; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid; zwijnenboel
|
|
fondo de café
|
drab; koffiedik; prut
|
|
guarrada
|
drab; morsigheid; slonzigheid; smeerlapperij; smerigheid; viespeukerij; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid; zwijnenboel
|
boevenstreek; gemene streek; getob; obsceniteit; rotstreek; schuinheid; schurkenstreek; vuilbekkerij; vuile taal; vuilheid; vuiligheid
|
guarrerías
|
drab; morsigheid; slonzigheid; smeerlapperij; smerigheid; viespeukerij; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid; zwijnenboel
|
obsceniteit; schuinheid; smeerlapperij; viespeukerij; viezigheid; vuilbekkerij; vuile taal; vuilheid; vuiligheid
|
porquería
|
drab; morsigheid; slonzigheid; smeerlapperij; smerigheid; viespeukerij; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid; zwijnenboel
|
bende; broddelwerk; flut; geklodder; goorheid; groezeligheid; kladwerk; kliederboel; knoeierij; knoeiwerk; knutselwerk; prutswerk; puinhoop; puinzooi; rommel; rotzooi; smeerboel; smeerlapperij; smerigheid; soepzootje; troep; verwaarloosde boel; viesheid; viespeukerij; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid; zooi; zootje; zwijnerij
|
poso
|
bezinksel; dik; drab; droesem; grondsop; koffiedik; moer; prut; zetsel
|
afzetsel; bezinksel; depot; droesem; grondsop; residu; sediment; zetsel
|
poso de café
|
drab; koffiedik; prut
|
|
restos de café
|
drab; koffiedik; prut
|
|
sedimento
|
drab; koffiedik; prut
|
afzetsel; bagger; bezinksel; depot; droesem; grondsop; hemelwater; modder; neerslag; prut; regen; residu; sediment; slib; slijk; slik; zetsel
|
sedimentos
|
drab; droesem; grondsoppen
|
bezinksels; grondsoppen; neerslag; sedimenten
|
suciedad
|
drab; morsigheid; slonzigheid; smeerlapperij; smerigheid; viespeukerij; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid; zwijnenboel
|
drek; goorheid; groezeligheid; obsceniteit; onzindelijkheid; prut; schuinheid; smerigheid; smurrie; viesheid; viezigheid; vuil; vuilbekkerij; vuile taal; vuilheid; vuiligheid
|
Modifier | Related Translations | Other Translations |
borroso
|
|
beneveld; dreigend; eng; flauw; heiig; mistig; nevelachtig; onduidelijk; onhelder; schemerig; schimmig; troebel; vaag; vaag zichtbaar; vagelijk; vervaagd; wazig; weggezakt in het geheugen
|