Dutch
Detailed Translations for immuniteit from Dutch to Spanish
immuniteit:
-
de immuniteit (onvatbaarheid voor ziekte; onvatbaarheid)
-
de immuniteit (onschendbaarheid; onkwetsbaarheid)
Translation Matrix for immuniteit:
Noun | Related Translations | Other Translations |
incapacidad | immuniteit; onkwetsbaarheid; onschendbaarheid | hulpeloosheid; impotentie; incompetentie; insolventie; krachteloosheid; onbekwaamheid; ongeschiktheid; onkunde; onkundigheid; onmacht; onvermogen; onwetendheid |
inmunidad | immuniteit; onkwetsbaarheid; onschendbaarheid; onvatbaarheid; onvatbaarheid voor ziekte | immunisatie; immuunmaking |
invulnerabilidad | immuniteit; onkwetsbaarheid; onschendbaarheid |
Related Words for "immuniteit":
Wiktionary Translations for immuniteit:
immuniteit
Cross Translation:
noun
-
onvatbaarheid voor een ziekte
- immuniteit → inmunidad
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• immuniteit | → inmunidad | ↔ immunity — the quality of being resistant to infection |