Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. doorbraak:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for doorbraak from Dutch to Spanish

doorbraak:

doorbraak [de ~] noun

  1. de doorbraak (doorbreking; doorbreken)
    la ruptura; el avance; el desbloqueo

Translation Matrix for doorbraak:

NounRelated TranslationsOther Translations
avance doorbraak; doorbreken; doorbreking aantal gekomen personen; aantocht; begeren; gezichtsmasker; lust; ontwikkelingsgang; opkomst; opmars; progressie; smachten; verlangen; verloop; voortgang; vooruitgang; vordering; wensen; zucht
desbloqueo doorbraak; doorbreken; doorbreking
ruptura doorbraak; doorbreken; doorbreking barst; breken; breuk; deel; dijkbreuk; fractie; gedeelte; interruptie; krak; onderbreking; openscheuring; part; ruptuur; scheur; scheuring; stuk; verbreking

Wiktionary Translations for doorbraak:

doorbraak
noun
  1. een cruciale ontdekking

Cross Translation:
FromToVia
doorbraak brecha breakthrough — military advance

External Machine Translations: