Dutch
Detailed Translations for voegen from Dutch to Spanish
voegen:
-
voegen (bakstenen voegen)
-
voegen (erbij doen; toevoegen)
Conjugations for voegen:
o.t.t.
- voeg
- voegt
- voegt
- voegen
- voegen
- voegen
o.v.t.
- voegde
- voegde
- voegde
- voegden
- voegden
- voegden
v.t.t.
- heb gevoegd
- hebt gevoegd
- heeft gevoegd
- hebben gevoegd
- hebben gevoegd
- hebben gevoegd
v.v.t.
- had gevoegd
- had gevoegd
- had gevoegd
- hadden gevoegd
- hadden gevoegd
- hadden gevoegd
o.t.t.t.
- zal voegen
- zult voegen
- zal voegen
- zullen voegen
- zullen voegen
- zullen voegen
o.v.t.t.
- zou voegen
- zou voegen
- zou voegen
- zouden voegen
- zouden voegen
- zouden voegen
diversen
- voeg!
- voegt!
- gevoegd
- voegend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
het voegen (bakstenen voegen)
Translation Matrix for voegen:
Related Words for "voegen":
Wiktionary Translations for voegen:
voegen
noun
-
afwerken van metselwerk
- voegen → mampostear; emporar
voegen form of voeg:
-
de voeg (naad)
Translation Matrix for voeg:
Noun | Related Translations | Other Translations |
costura | naad; voeg | |
intersticio | naad; voeg | bergkloof; bergspleet; kiertje; kloof; rotskloof |
junta | naad; voeg | bijeenkomst; congres; las; manifestatie; pakking; samenkomst; samenvoeging; tussenstuk; tussenvoegsel; tussenzetsel; verbinding; vergadering; zitting |
juntura | naad; voeg | aaneenkoppeling; aanhechting; aanvoeging; afdeling; bijeenlegging; bond; broederschap; departement; detachement; genootschap; gewricht; koppeling; samenvoeging; sectie; sociëteit; tak; verbinding; verbinding van beenderen; verbindingsstuk; vereniging |
ranura | naad; voeg | bergkloof; bergspleet; geul; gleuf; groef; groeve; kier; kloof; langwerpige uitholling; opening; ribbel; rotskloof; sleuf; sponning; vaargeul; vore |
soldadura | naad; voeg | ingevoegd stuk; inlas; invoeging; las; lasnaad; samenvoeging; soldeer; soldeersel; tussenstuk; tussenvoegsel; tussenzetsel; verbinding; vergroeiing; welnaad |