Noun | Related Translations | Other Translations |
reflejar
|
|
weerschijnen; weerspiegelen
|
Verb | Related Translations | Other Translations |
expresar
|
overzetten; translateren; vertalen; vertolken
|
beschrijven; betonen; betuigen; formuleren; fraseren; inkleden; laten zien; presenteren; spuien; tonen; uitbeelden; uitdrukken; uitdrukking geven aan; uiten; uiting geven aan; verbaliseren; verbeelden; verpersonificeren; vertolken; vertonen; verwoorden; weergeven
|
hacerse eco de
|
overzetten; translateren; vertalen; vertolken
|
beschrijven; weergeven
|
interpretar
|
overbrengen; overzetten; translateren; vertalen; vertolken
|
acteren; beschrijven; dramatiseren; duiden; interpreteren; nader verklaren; ontvouwen; toelichten; tolken; toneelspelen; uitbeelden; uiteenzetten; uitleggen; verbeelden; verduidelijken; verpersonificeren; vertalen; vertolken; weergeven
|
reflejar
|
overzetten; translateren; vertalen; vertolken
|
afspiegelen; afwegen; belichten; beschouwen; beschrijven; echoën; galmen; met licht beschijnen; overdenken; overwegen; reflecteren; resoneren; schallen; stuiten; terugkaatsen; terugstoten; weergalmen; weergeven; weerkaatsen; weerklinken; weerschallen; weerschijnen; weerspiegelen
|
reproducir
|
overzetten; translateren; vertalen; vertolken
|
afspelen; beschrijven; fotokopiëren; reproduceren; vermenigvuldigen; verveelvoudigen; weergeven
|
traducir
|
overbrengen; overzetten; translateren; vertalen; vertolken
|
|