Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. aaneenlassen:


Dutch

Detailed Translations for aaneenlassen from Dutch to Spanish

aaneenlassen:

aaneenlassen verb (las aaneen, last aaneen, laste aaneen, lasten aaneen, aaneengelast)

  1. aaneenlassen (lassen)
    soldar

Conjugations for aaneenlassen:

o.t.t.
  1. las aaneen
  2. last aaneen
  3. last aaneen
  4. lassen aaneen
  5. lassen aaneen
  6. lassen aaneen
o.v.t.
  1. laste aaneen
  2. laste aaneen
  3. laste aaneen
  4. lasten aaneen
  5. lasten aaneen
  6. lasten aaneen
v.t.t.
  1. heb aaneengelast
  2. hebt aaneengelast
  3. heeft aaneengelast
  4. hebben aaneengelast
  5. hebben aaneengelast
  6. hebben aaneengelast
v.v.t.
  1. had aaneengelast
  2. had aaneengelast
  3. had aaneengelast
  4. hadden aaneengelast
  5. hadden aaneengelast
  6. hadden aaneengelast
o.t.t.t.
  1. zal aaneenlassen
  2. zult aaneenlassen
  3. zal aaneenlassen
  4. zullen aaneenlassen
  5. zullen aaneenlassen
  6. zullen aaneenlassen
o.v.t.t.
  1. zou aaneenlassen
  2. zou aaneenlassen
  3. zou aaneenlassen
  4. zouden aaneenlassen
  5. zouden aaneenlassen
  6. zouden aaneenlassen
diversen
  1. las aaneen!
  2. last aaneen!
  3. aaneengelast
  4. aaneenlassende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for aaneenlassen:

NounRelated TranslationsOther Translations
soldar aanlassen
VerbRelated TranslationsOther Translations
soldar aaneenlassen; lassen hardsolderen; lassen; solderen