Summary
Dutch to Spanish: more detail...
- beschaafdheid:
- beschaafd:
-
Wiktionary:
- beschaafd → bien educado, civilizado
- beschaafd → civil
Dutch
Detailed Translations for beschaafdheid from Dutch to Spanish
beschaafdheid:
-
de beschaafdheid (welgemanierdheid; beleefdheid; decorum; betamelijkheid; fatsoen; fatsoenlijkheid; gevoeglijkheid)
la cortesía; la conveniencia; el orden; la elegancia; el buenos modales; el buen humor; la jovialidad; la galantería; la alegría apacible; la buena educación; el genio festivo
Translation Matrix for beschaafdheid:
Related Words for "beschaafdheid":
beschaafd:
-
beschaafd (welgemanierd; netjes; fatsoenlijk; welopgevoed)
civilizado; educado; decente; correcto; culto; bien educado-
civilizado adj
-
educado adj
-
decente adj
-
correcto adj
-
culto adj
-
bien educado adj
-
-
beschaafd (geciviliseerd; ontwikkeld; gecultiveerd)
conveniente; cultivado; atento; cortés; civilizado; culto-
conveniente adj
-
cultivado adj
-
atento adj
-
cortés adj
-
civilizado adj
-
culto adj
-
-
beschaafd (welopgevoed; beleefd; voorkomend; wellevend; gemanierd)
Translation Matrix for beschaafd:
Related Words for "beschaafd":
Wiktionary Translations for beschaafd:
beschaafd
Cross Translation:
adjective
-
net en goed opgevoed
- beschaafd → bien educado; civilizado
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• beschaafd | → civil | ↔ civil — behaving in a reasonable or polite manner |
External Machine Translations: