Dutch
Detailed Translations for een gok wagen from Dutch to Spanish
een gok wagen:
-
een gok wagen (gokken)
apostar; probar suerte; jugar; tentar la suerte; jugarse-
apostar verb
-
probar suerte verb
-
jugar verb
-
tentar la suerte verb
-
jugarse verb
-
Conjugations for een gok wagen:
o.t.t.
- waag een gok
- waagt een gok
- waagt een gok
- wagen een gok
- wagen een gok
- wagen een gok
o.v.t.
- waagde een gok
- waagde een gok
- waagde een gok
- waagden een gok
- waagden een gok
- waagden een gok
v.t.t.
- heb een gok gewaagd
- hebt een gok gewaagd
- heeft een gok gewaagd
- hebben een gok gewaagd
- hebben een gok gewaagd
- hebben een gok gewaagd
v.v.t.
- had een gok gewaagd
- had een gok gewaagd
- had een gok gewaagd
- hadden een gok gewaagd
- hadden een gok gewaagd
- hadden een gok gewaagd
o.t.t.t.
- zal een gok wagen
- zult een gok wagen
- zal een gok wagen
- zullen een gok wagen
- zullen een gok wagen
- zullen een gok wagen
o.v.t.t.
- zou een gok wagen
- zou een gok wagen
- zou een gok wagen
- zouden een gok wagen
- zouden een gok wagen
- zouden een gok wagen
diversen
- waag een gok!
- waagt een gok!
- een gok gewaagd
- een gok wagend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for een gok wagen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
apostar | gokken; in zingen uitbarsten; lied aanheffen; lied inzetten | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
apostar | een gok wagen; gokken | aangrijpen; aanwenden; benutten; erbij doen; gebruik maken van; gebruiken; gokken; inzetten; met geld spelen; muziek componeren; speelgeld inzetten; toepassen; toevoegen; verwedden; voegen; wedden |
jugar | een gok wagen; gokken | acteren; inzetten; neerleggen; onderuit halen; speelgeld inzetten; toneelspelen; uitspelen |
jugarse | een gok wagen; gokken | aangrijpen; aanwenden; benutten; gebruiken; inzetten; toepassen; verbeuren; vergokken; vergooien; verspelen; verwedden; wedden |
probar suerte | een gok wagen; gokken | |
tentar la suerte | een gok wagen; gokken |