Dutch

Detailed Translations for klepje from Dutch to Spanish

klep:

klep [de ~ (m)] noun

  1. de klep (kwebbel; kletskous; kletskop; )
    la charladora; la parlanchina; la habladora; el parlanchines; el hablador; la parlanchín; el charlatán; la charlatana; el charlador

Translation Matrix for klep:

NounRelated TranslationsOther Translations
charlador babbelaar; klep; kletskop; kletskous; kletsmajoor; kwebbel; leuteraar; zwammer; zwetser babbelaar; bluffer; dikdoener; keuvelaar; klapekster; kletser; kouter; leuterkous; opschepper; opscheppers; ouwehoer; pocher; praatjesmakers; prater; snoever; snoevers; theetante; windbuil; windbuilen; zwamneus
charladora babbelaar; klep; kletskop; kletskous; kletsmajoor; kwebbel; leuteraar; zwammer; zwetser babbelaarster; kletskous; kletstante; leuteraarster; leuterkous
charlatana babbelaar; klep; kletskop; kletskous; kletsmajoor; kwebbel; leuteraar; zwammer; zwetser babbelaarster; kletskous; kletstante; leuteraarster; leuterkous
charlatán babbelaar; klep; kletskop; kletskous; kletsmajoor; kwebbel; leuteraar; zwammer; zwetser babbelaar; beunhaas; bluffer; charlatan; dikdoener; hannes; hol vat; keutelaar; kletser; knoeier; kwakzalver; leeg vat; leuterkous; opschepper; opscheppers; ouwehoer; pocher; praatjesmakers; prutser; rommelaar; sijsjeslijmer; slak; snoever; snoevers; standwerker; sukkel; talmer; teut; treuzel; treuzelaar; treuzelkous; windbuil; windbuilen; wonderdokter; zwamneus
hablador babbelaar; klep; kletskop; kletskous; kletsmajoor; kwebbel; leuteraar; zwammer; zwetser babbelaar; bluffer; dikdoener; flapuit; keuvelaar; klapekster; kletser; kouter; leuterkous; mompelaar; opschepper; opscheppers; ouwehoer; pocher; praatjesmakers; prater; snoever; snoevers; theetante; veelprater; windbuil; windbuilen; zwamneus
habladora babbelaar; klep; kletskop; kletskous; kletsmajoor; kwebbel; leuteraar; zwammer; zwetser babbelaarster; kletskous; kletstante; leuteraarster; leuterkous
parlanchina babbelaar; klep; kletskop; kletskous; kletsmajoor; kwebbel; leuteraar; zwammer; zwetser babbelaarster; kletskous; kletstante; leuteraarster; leuterkous
parlanchines babbelaar; klep; kletskop; kletskous; kletsmajoor; kwebbel; leuteraar; zwammer; zwetser babbelaars; hannes; kletskoppen; kletskousen; kletsmajoors; kletsmajoren; sijsjeslijmer; slak; sukkel; talmer; teut; treuzel; treuzelaar; treuzelkous; zwammers
parlanchín babbelaar; klep; kletskop; kletskous; kletsmajoor; kwebbel; leuteraar; zwammer; zwetser babbelaar; bluffer; dikdoener; flapuit; hannes; keutelaar; keuvelaar; klapekster; kouter; opschepper; opscheppers; pocher; praatjesmakers; prater; sijsjeslijmer; slak; snoever; snoevers; spraakwaterval; sukkel; talmer; teut; theetante; treuzel; treuzelaar; treuzelkous; windbuil; windbuilen
- mond
ModifierRelated TranslationsOther Translations
charlador kletslustig
parlanchín babbelachtig; babbelziek; flapuit; indiscreet; kletserig; kletsgraag; loslippig; mededeelzaam; praatgraag; praatziek; spraakzaam

Related Words for "klep":


Synonyms for "klep":


Related Definitions for "klep":

  1. soort deksel dat aan één kant vast zit1
    • de klep van de brievenbus1
  2. uitstekend deel van een pet1
    • door die klep schijnt de zon niet in je ogen1
  3. holte achter je lippen waarmee je eet en praat1
    • hou je klep toch eens dicht!1

Wiktionary Translations for klep:


Cross Translation:
FromToVia
klep válvula; hoja; batiente; pistón abattantchâssis de fenêtre ou volet basculant sur un axe horizontal.