Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. mijnheer:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for mijnheer from Dutch to Spanish

mijnheer:

mijnheer [de ~ (m)] noun

  1. de mijnheer
    el señor

Translation Matrix for mijnheer:

NounRelated TranslationsOther Translations
señor mijnheer gast; gozer; heer; heerschap; heerser; kerel; knakker; knul; landjonker; machthebber; man; meneer; soeverein; sujet; vent
- heer; man; meneer

Related Words for "mijnheer":

  • mijnheren, mijnheertje, mijnheertjes

Synonyms for "mijnheer":


Antonyms for "mijnheer":


Related Definitions for "mijnheer":

  1. mannelijke volwassen persoon1
    • dag mijnheer Jansen!1

Wiktionary Translations for mijnheer:

mijnheer
noun
  1. een aanspreektitel voor een man
  2. de heer des huizes
    • mijnheeramo

Cross Translation:
FromToVia
mijnheer señor HerrAnrede für einen Mann
mijnheer señor sir — address to any male, especially if his name or proper address is unknown

External Machine Translations:

Related Translations for mijnheer