Dutch
Detailed Translations for oppasser from Dutch to Spanish
oppasser:
-
de oppasser
Translation Matrix for oppasser:
Noun | Related Translations | Other Translations |
asistente | oppasser | arbeider; arbeidskracht; assistent; helper; hulp; hulpjes; kantoorbediende; klerk; loopjongens; medeplichtige; medeverantwoordelijke; medewerker; medewerkster; personeelslid; secondant; werkkracht; werknemer |
celador | oppasser | suppoost; zaalwachter |
inspector | oppasser | conducteur; controleur; dierverzorger; inspecteur; opzichter; opziener; treinconducteur; verzorger; visiteur |
ordenanza | oppasser | beschikking; militaire rapporteur; ordonnans; verordening |
supervisor | oppasser | conducteur; controleur; dierverzorger; inspecteur; opzichter; opziener; suppoost; treinconducteur; verzorger; zaalwachter |
Not Specified | Related Translations | Other Translations |
asistente | genodigde; wizard |