Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. scheids:


Dutch

Detailed Translations for scheidsen from Dutch to Spanish

scheids:

scheids [znw.] noun

  1. scheids
    el árbitro

Translation Matrix for scheids:

NounRelated TranslationsOther Translations
árbitro scheids kamprechter; referentie; scheidsman; scheidsrechter; scheidsvrouw; verwijzing; wedstrijdleider

Related Words for "scheids":

  • scheidsen