Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. vapeur:


Dutch

Detailed Translations for vapeur from Dutch to Spanish

vapeur:

vapeur [znw.] noun

  1. vapeur (opvlieging)
    la congestión; el rubor; la congestiones

Translation Matrix for vapeur:

NounRelated TranslationsOther Translations
congestiones opvlieging; vapeur file; opstopping; verkeersopstopping; verkeersstremming
congestión opvlieging; vapeur constipatie; file; filevorming; opstopping; stagnatie; stuwing; verkeersopstopping; verkeersstremming; verstoptheid
rubor opvlieging; vapeur blos; blozen; roodheid; schaamrood; schaamteblos

Related Words for "vapeur":

  • vapeurs, vapeurtjes