Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. wegstuiven:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for wegstuiven from Dutch to Spanish

wegstuiven:

wegstuiven verb (stuif weg, stuift weg, stoof weg, stoven weg, weggestoven)

  1. wegstuiven (wegwaaien; verwaaien)
  2. wegstuiven (weghollen; wegrennen; wegsnellen; )

Conjugations for wegstuiven:

o.t.t.
  1. stuif weg
  2. stuift weg
  3. stuift weg
  4. stuiven weg
  5. stuiven weg
  6. stuiven weg
o.v.t.
  1. stoof weg
  2. stoof weg
  3. stoof weg
  4. stoven weg
  5. stoven weg
  6. stoven weg
v.t.t.
  1. ben weggestoven
  2. bent weggestoven
  3. is weggestoven
  4. zijn weggestoven
  5. zijn weggestoven
  6. zijn weggestoven
v.v.t.
  1. was weggestoven
  2. was weggestoven
  3. was weggestoven
  4. waren weggestoven
  5. waren weggestoven
  6. waren weggestoven
o.t.t.t.
  1. zal wegstuiven
  2. zult wegstuiven
  3. zal wegstuiven
  4. zullen wegstuiven
  5. zullen wegstuiven
  6. zullen wegstuiven
o.v.t.t.
  1. zou wegstuiven
  2. zou wegstuiven
  3. zou wegstuiven
  4. zouden wegstuiven
  5. zouden wegstuiven
  6. zouden wegstuiven
diversen
  1. stuif weg!
  2. stuift weg!
  3. weggestoven
  4. wegstuivend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for wegstuiven:

NounRelated TranslationsOther Translations
volarse afvliegen; wegvliegen
VerbRelated TranslationsOther Translations
echarse a volar verwaaien; wegstuiven; wegwaaien afvliegen; de hoogte ingaan; in de lucht omhoogstijgen; omhoogkomen; opstijgen; opvliegen; stijgen; wegvliegen
irse con el viento verwaaien; wegstuiven; wegwaaien
salir corriendo wegdraven; weghaasten; weghollen; wegijlen; wegrennen; wegsnellen; wegspoeden; wegstuiven weghaasten; weghollen; wegijlen; wegrennen; wegsnellen; wegspoeden
volarse verwaaien; wegstuiven; wegwaaien afvliegen; omhoogkomen; opstijgen; opvliegen; uitvliegen; wegvliegen

Wiktionary Translations for wegstuiven:


Cross Translation:
FromToVia
wegstuiven largarse; irse skedaddle — move or run away quickly