Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. wisser:


Dutch

Detailed Translations for wisser from Dutch to Spanish

wisser:

wisser [de ~ (m)] noun

  1. de wisser (ruitenwisser)
  2. de wisser (ruitenwisser; trekker)
    el borrador; el secador

Translation Matrix for wisser:

NounRelated TranslationsOther Translations
borrador ruitenwisser; trekker; wisser bordenwisser; concept; geflikflooi; geklodder; gerotzooi; gom; klad; kladblok; kladschrift; kladwerk; model; ontwerp; proefversie; schets; schetstekening; tekening; toonbeeld; voorbeeld; voorlopig ontwerp
limpiaparabrisas ruitenwisser; wisser
secador ruitenwisser; trekker; wisser droger voor de handen; droogrek; rek
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
borrador concept

Related Words for "wisser":

  • wissers