Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. tollen:
  2. Wiktionary:
French to Dutch:   more detail...
  1. tölt:


Dutch

Detailed Translations for tölt from Dutch to French

tollen:

tollen verb (tol, tolt, tolde, tolden, getold)

  1. tollen (rondtollen; draaien)
    pirouetter; tourner
    • pirouetter verb (pirouette, pirouettes, pirouettons, pirouettez, )
    • tourner verb (tourne, tournes, tournons, tournez, )

Conjugations for tollen:

o.t.t.
  1. tol
  2. tolt
  3. tolt
  4. tollen
  5. tollen
  6. tollen
o.v.t.
  1. tolde
  2. tolde
  3. tolde
  4. tolden
  5. tolden
  6. tolden
v.t.t.
  1. heb getold
  2. hebt getold
  3. heeft getold
  4. hebben getold
  5. hebben getold
  6. hebben getold
v.v.t.
  1. had getold
  2. had getold
  3. had getold
  4. hadden getold
  5. hadden getold
  6. hadden getold
o.t.t.t.
  1. zal tollen
  2. zult tollen
  3. zal tollen
  4. zullen tollen
  5. zullen tollen
  6. zullen tollen
o.v.t.t.
  1. zou tollen
  2. zou tollen
  3. zou tollen
  4. zouden tollen
  5. zouden tollen
  6. zouden tollen
en verder
  1. ben getold
  2. bent getold
  3. is getold
  4. zijn getold
  5. zijn getold
  6. zijn getold
diversen
  1. tol!
  2. tolt!
  3. getold
  4. tollend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for tollen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
pirouetter draaien; rondtollen; tollen
tourner draaien; rondtollen; tollen aaneenrijgen; draaien; duizelen; heen en weer zwaaien; iets omdraaien; in de war maken; inkleden; kantelen; keren; omdraaien; omkeren; omroeren; omwenden; omzwaaien; ontsluiten; opendraaien; openen; rijgen; roeren; rollen; ronddraaien; rondwentelen; roteren; slingeren; teruggaan; wegdraaien; wenden; wentelen; zwaaien; zwenken

Related Words for "tollen":



Wiktionary Translations for tölt:

tölt
noun
  1. équitation|fr allure naturelle d’amble rompu à quatre temps, durant laquelle le cheval a toujours au moins un pied au sol, particulier au cheval islandais.