Dutch
Detailed Translations for broeds from Dutch to French
broeds form of broed:
-
het broed (broedsel; gebroed)
-
het broed (nageslacht; kinderen; nakomelingen; kroost; gebroed; telgen)
Translation Matrix for broed:
Noun | Related Translations | Other Translations |
couvée | broed; broedsel; gebroed | gebroed; jong gedierte |
descendance | broed; broedsel; gebroed; kinderen; kroost; nageslacht; nakomelingen; telgen | afkomst; afstammen; afstamming; herkomst; komaf; origine; spruiten |
descendants | broed; gebroed; kinderen; kroost; nageslacht; nakomelingen; telgen | afstammelingen; nakomelingen; telgen |
enfants | broed; broedsel; gebroed | kindjes; kleine kinderen |
lignée | broed; broedsel; gebroed | dynastie; familie; geslacht; stamhuis |
nichée | broed; broedsel; gebroed | gebroed; jong gedierte |
progéniture | broed; broedsel; gebroed; kinderen; kroost; nageslacht; nakomelingen; telgen | |
rejetons | broed; broedsel; gebroed; kinderen; kroost; nageslacht; nakomelingen; telgen |