Summary
Dutch to French: more detail...
- lossnijden:
-
Wiktionary:
- lossnijden → rompre, trancher, sectionner
Dutch
Detailed Translations for lossnijden from Dutch to French
lossnijden:
-
lossnijden
couper; détacher-
couper verb (coupe, coupes, coupons, coupez, coupent, coupais, coupait, coupions, coupiez, coupaient, coupai, coupas, coupa, coupâmes, coupâtes, coupèrent, couperai, couperas, coupera, couperons, couperez, couperont)
-
détacher verb (détache, détaches, détachons, détachez, détachent, détachais, détachait, détachions, détachiez, détachaient, détachai, détachas, détacha, détachâmes, détachâtes, détachèrent, détacherai, détacheras, détachera, détacherons, détacherez, détacheront)
-
Conjugations for lossnijden:
o.t.t.
- snijd los
- snijdt los
- snijdt los
- snijden los
- snijden los
- snijden los
o.v.t.
- sneed los
- sneed los
- sneed los
- sneden los
- sneden los
- sneden los
v.t.t.
- heb losgesneden
- hebt losgesneden
- heeft losgesneden
- hebben losgesneden
- hebben losgesneden
- hebben losgesneden
v.v.t.
- had losgesneden
- had losgesneden
- had losgesneden
- hadden losgesneden
- hadden losgesneden
- hadden losgesneden
o.t.t.t.
- zal lossnijden
- zult lossnijden
- zal lossnijden
- zullen lossnijden
- zullen lossnijden
- zullen lossnijden
o.v.t.t.
- zou lossnijden
- zou lossnijden
- zou lossnijden
- zouden lossnijden
- zouden lossnijden
- zouden lossnijden
en verder
- ben losgesneden
- bent losgesneden
- is losgesneden
- zijn losgesneden
- zijn losgesneden
- zijn losgesneden
diversen
- snijd los!
- snijdt los!
- losgesneden
- lossnijdend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for lossnijden:
Wiktionary Translations for lossnijden:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• lossnijden | → rompre; trancher; sectionner | ↔ sever — cut free |