Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. burgerlijkheid:
  2. burgerlijk:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for burgerlijkheid from Dutch to French

burgerlijkheid:

burgerlijkheid [de ~ (v)] noun

  1. de burgerlijkheid

Translation Matrix for burgerlijkheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
attitude bourgeoise burgerlijkheid bekrompenheid; geborneerdheid; kleingeestigheid; kleinzieligheid
petitesse burgerlijkheid bekrompenheid; benepenheid; beperktheid; eenzijdigheid; geborneerdheid; kleingeestigheid; kleinheid; kleinzieligheid

Related Words for "burgerlijkheid":


burgerlijk:


Translation Matrix for burgerlijk:

NounRelated TranslationsOther Translations
petit-bourgeois burgermannetje; kleinburger
ModifierRelated TranslationsOther Translations
borné bourgeois; burgerlijk; burgermannetjesachtig; kneuterig aan een kant beschrijfbaar; afgegrensd; begrensd; bekrompen; benepen; beperkt; dood; eenvoudig; eenzijdig; geesteloos; gemakkelijk; kleinburgerlijk; kleingeestig; kleinzielig; levenloos; licht; makkelijk; niet bezield; niet moeilijk; onbezield; simpel
bourgeois bourgeois; burgerlijk; burgermannetjesachtig; kneuterig
mesquin bourgeois; burgerlijk; burgermannetjesachtig; kneuterig bekrompen; benepen; beperkt van geest; gierig; inhalig; keutelachtig; kleingeestig; kleinzielig; knijperig; krenterig; schraperig; vrekkig
petit-bourgeois bourgeois; burgerlijk; burgermannetjesachtig; kneuterig bekrompen; benepen; kleinburgerlijk; kleingeestig; kleinhartig; kleinzielig; kneuterig
petitement bourgeois; burgerlijk; burgermannetjesachtig; kneuterig bekrompen; benepen; dunnetjes; eng; kleingeestig; kleinzielig; krap; magertjes; met weinig ruimte; nauw; petieterig; schraal; schraaltjes; smal; smalletjes; sobertjes; van geringe breedte
provincial bourgeois; burgerlijk; burgermannetjesachtig; kneuterig bekrompen; benepen; gewestelijk; kleingeestig; kleinsteeds; kleinzielig; provinciaal; regionaal; streeksgewijs
roturier bourgeois; burgerlijk; burgermannetjesachtig; kneuterig

Related Words for "burgerlijk":

  • burgerlijkheid, burgerlijker, burgerlijkere, burgerlijkst, burgerlijkste, burgerlijke

Related Definitions for "burgerlijk":

  1. akelig braaf en gewoon1
    • het is burgerlijk om precies om zes uur te eten1
  2. als je inwoner van een gemeente bent1
    • een geboorte moet je melden bij de burgerlijke stand1

Wiktionary Translations for burgerlijk:

burgerlijk
adjective
  1. citoyen ; relatif aux citoyens.

Cross Translation:
FromToVia
burgerlijk civil civil — Related to people and government office as opposed to miliary or religion
burgerlijk civil bürgerlich — auf die Staatsbürger, oder die Bürger eines Gemeinwesens, bezogen
burgerlijk bourgeois bürgerlich — auf die Menschen bezogen, die dem Bürgertum angehören