Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. dichtvallen:


Dutch

Detailed Translations for dichtvallen from Dutch to French

dichtvallen:

dichtvallen verb (valt dicht, viel dicht, dichtgevallen)

  1. dichtvallen (zich sluiten; dichtgaan; toevallen)

Conjugations for dichtvallen:

o.t.t.
  1. valt dicht
  2. vallen dicht
o.v.t.
  1. viel dicht
  2. vielen dicht
v.t.t.
  1. is dichtgevallen
  2. zijn dichtgevallen
v.v.t.
  1. was dichtgevallen
  2. waren dichtgevallen
o.t.t.t.
  1. zal dichtvallen
  2. zullen dichtvallen
o.v.t.t.
  1. zou dichtvallen
  2. zouden dichtvallen
diversen
  1. dichtgevallen
  2. dichtvallend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for dichtvallen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
refermer dichtgaan; dichtvallen; toevallen; zich sluiten
se fermer dichtgaan; dichtvallen; toevallen; zich sluiten

External Machine Translations: