Noun | Related Translations | Other Translations |
dîner
|
avondeten; avondmaal; avondmaaltijd; diner
|
feestdiner; souper
|
mets
|
diner; eten; maal; maaltijd
|
gerecht; schotel
|
plat
|
diner; eten; maal; maaltijd
|
etensbakje; gerecht; kost; kosten; onkosten; plaat; presenteerblaadje; schotel; schoteltje; trog; uitgaaf; uitgaven; voederkrib; voedertrog; voedingsmiddelen; voedsel
|
plat chaud
|
avondeten; avondmaal; avondmaaltijd; diner
|
warme maaltijd
|
repas
|
avondeten; avondmaal; avondmaaltijd; diner; eten; maal; maaltijd
|
banket; feestdiner; feestmaal; smulpartij
|
repas du soir
|
avondeten; avondmaal; avondmaaltijd; diner
|
feestdiner; souper
|
souper
|
avondeten; avondmaal; avondmaaltijd; diner
|
feestdiner; souper
|
Verb | Related Translations | Other Translations |
dîner
|
|
consumeren; dineren; eten; gebruiken; laven; lenigen; lessen; nuttigen; opeten; oppeuzelen; tafelen; tegoed doen; tot zich nemen; uitgebreid eten; verorberen
|
souper
|
|
consumeren; eten; gebruiken; laven; lenigen; lessen; nuttigen; opeten; oppeuzelen; souperen; tegoed doen; tot zich nemen; verorberen
|
Modifier | Related Translations | Other Translations |
plat
|
|
eenvormig; effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; glad neerliggend; plat; sluik; strak; uniform; vlak; vlakuit
|