Dutch
Detailed Translations for erdoor jagen from Dutch to French
erdoor jagen:
-
erdoor jagen
Conjugations for erdoor jagen:
o.t.t.
- jaag erdoor
- jaagt erdoor
- jaagt erdoor
- jagen erdoor
- jagen erdoor
- jagen erdoor
o.v.t.
- joeg erdoor
- joeg erdoor
- joeg erdoor
- joegen erdoor
- joegen erdoor
- joegen erdoor
v.t.t.
- heb erdoor gejaagd
- hebt erdoor gejaagd
- heeft erdoor gejaagd
- hebben erdoor gejaagd
- hebben erdoor gejaagd
- hebben erdoor gejaagd
v.v.t.
- had erdoor gejaagd
- had erdoor gejaagd
- had erdoor gejaagd
- hadden erdoor gejaagd
- hadden erdoor gejaagd
- hadden erdoor gejaagd
o.t.t.t.
- zal erdoor jagen
- zult erdoor jagen
- zal erdoor jagen
- zullen erdoor jagen
- zullen erdoor jagen
- zullen erdoor jagen
o.v.t.t.
- zou erdoor jagen
- zou erdoor jagen
- zou erdoor jagen
- zouden erdoor jagen
- zouden erdoor jagen
- zouden erdoor jagen
diversen
- jaag erdoor!
- jaagt erdoor!
- erdoor gejaagd
- erdoor jagend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for erdoor jagen:
| Verb | Related Translations | Other Translations |
| dépenser | erdoor jagen | besteden; doorjagen; doorleven; doorstaan; opmaken; spenderen; uitgeven; uitgeven voor een maaltijd; verbruiken; verdragen; verduren; verteren |