Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. ingemetseld:
  2. inmetselen:


Dutch

Detailed Translations for ingemetseld from Dutch to French

ingemetseld:

ingemetseld adj

  1. ingemetseld

Translation Matrix for ingemetseld:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
cimenté ingemetseld
scellé ingemetseld gestempeld; vastgemetseld; verzegeld

inmetselen:

inmetselen verb (metsel in, metselt in, metselde in, metselden in, ingemetseld)

  1. inmetselen
    sceller; cimenter
    • sceller verb (scelle, scelles, scellons, scellez, )
    • cimenter verb

Conjugations for inmetselen:

o.t.t.
  1. metsel in
  2. metselt in
  3. metselt in
  4. metselen in
  5. metselen in
  6. metselen in
o.v.t.
  1. metselde in
  2. metselde in
  3. metselde in
  4. metselden in
  5. metselden in
  6. metselden in
v.t.t.
  1. heb ingemetseld
  2. hebt ingemetseld
  3. heeft ingemetseld
  4. hebben ingemetseld
  5. hebben ingemetseld
  6. hebben ingemetseld
v.v.t.
  1. had ingemetseld
  2. had ingemetseld
  3. had ingemetseld
  4. hadden ingemetseld
  5. hadden ingemetseld
  6. hadden ingemetseld
o.t.t.t.
  1. zal inmetselen
  2. zult inmetselen
  3. zal inmetselen
  4. zullen inmetselen
  5. zullen inmetselen
  6. zullen inmetselen
o.v.t.t.
  1. zou inmetselen
  2. zou inmetselen
  3. zou inmetselen
  4. zouden inmetselen
  5. zouden inmetselen
  6. zouden inmetselen
en verder
  1. ben ingemetseld
  2. bent ingemetseld
  3. is ingemetseld
  4. zijn ingemetseld
  5. zijn ingemetseld
  6. zijn ingemetseld
diversen
  1. metsel in!
  2. metselt in!
  3. ingemetseld
  4. inmetselend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for inmetselen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
cimenter inmetselen
sceller inmetselen bekrachtigen; bevestigen; bezegelen; goedkeuren; homologeren; van zegel voorzien; verzegelen