Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. tam:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for tam from Dutch to French

tam:


Translation Matrix for tam:

NounRelated TranslationsOther Translations
domestique assistent; bediende; butler; dienaar; dienstbode; dienstknecht; dienstmeisje; helper; herenknecht; huisbediende; huisjongen; huisknecht; hulp; hulp in de huishouding; hulpje; kamerbediende; kamerdienaar; knecht; lakei; livreiknecht; mens; menselijk wezen; schoonmaakster; secondant; werkster
ModifierRelated TranslationsOther Translations
apprivoisé tam
docile tam bijkomstig; dienstbaar; dienstwillig; gedienstig; gedwee; gehoorzaam; gewillig; inferieur; inschikkelijk; knechts; meegaand; onderdanig; onderdanig aan; ondergeschikt; onderhorig; onderworpen; serviel; slaafs; soepel; toegeeflijk; toegevend; volgzaam; willig
docilement tam dienstbaar; dienstwillig; gedwee; gehoorzaam; gewillig; inschikkelijk; meegaand; onderworpen; soepel; toegeeflijk; toegevend; volgzaam; willig
domestique tam huishoudelijk
maniable tam bestuurbaar; buigbaar; buigzaam; eenvoudig te bedienen; flexibel; gedwee; gemakkelijk te hanteren; handelbaar; handzaam; hanteerbaar; kneedbaar; makkelijk in het gebruik; meegaand; onderworpen; soepel; volgzaam; vormbaar; wendbaar
obéissant tam dienstbaar; dienstwillig; gedienstig; gedwee; gehoorzaam; meegaand; onderworpen; slaafs; volgzaam; willig
soumis tam afhankelijk; berustend; bijkomstig; gedwee; gelaten; horig; inferieur; knechts; kruiperig; lijdelijk; meegaand; onderdanig; onderdanig aan; ondergeschikt; onderhorig; onderworpen; onvrij; serviel; slaafs; volgzaam

Related Words for "tam":


Wiktionary Translations for tam:

tam
Cross Translation:
FromToVia
tam apprivoisé tame — not wild