Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. toren:
  2. tor:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for toren from Dutch to French

toren:

toren [de ~ (m)] noun

  1. de toren (torentje)
    la tourelle; la tour

Translation Matrix for toren:

NounRelated TranslationsOther Translations
tour toren; torentje afstand; baan; baanvak; behendigheid; beurt; burchttoren; cirkel; draai; draaibank; etappe; expeditie; foefje; gekke streek; handigheid; kasteeltoren; kneep; kneepje; kring; kuier; kunst; kunstgreep; kunstje; list; loopje; maniertje; mars; omdraaiing; omgang; omgang hebben met; omloop; ommetje; omwenteling; pad; poets; rare streek; reis; rit; ronde; ronde doen; rondgang; rondje; rondreis; rondrit; route; slimheid; slottoren; sluwe streek; spelletje; streek; tocht; tochtje; toer; toertje; torenflat; torengebouw; tour; tournee; traject; trektocht; trip; truc; uitje; uitstapje; wandeling; wandeltocht; weg; wending; wolkenkrabber; zijn ronde doen
tourelle toren; torentje geschuttoren; revolverkop

Related Words for "toren":


Related Definitions for "toren":

  1. hoog en smal bouwsel1
    • op de toren van de kerk staat een haan1

Wiktionary Translations for toren:

toren
noun
  1. (architecture) Construction élevée, cylindrique, carrée ou polygonale

Cross Translation:
FromToVia
toren tour TurmArchitektur: hohes, schlankes, freistehendes Gebäude
toren tour rook — chesspiece
toren tour tower — structure
toren la maison dieu tower — Tarot card

tor:

tor [de ~] noun

  1. de tor (kever)
    le coléoptère; l'escarbot; le scarabée

Translation Matrix for tor:

NounRelated TranslationsOther Translations
coléoptère kever; tor
escarbot kever; tor
scarabée kever; tor
ModifierRelated TranslationsOther Translations
coléoptère schildvleugelig

Related Words for "tor":