Dutch
Detailed Translations for uitboren from Dutch to French
uitboren:
-
uitboren
aléser; fraiser-
aléser verb (alèse, alèses, alésons, alésez, alèsent, alésais, alésait, alésions, alésiez, alésaient, alésai, alésas, alésa, alésâmes, alésâtes, alésèrent, aléserai, aléseras, alésera, aléserons, aléserez, aléseront)
-
fraiser verb (fraise, fraises, fraisons, fraisez, fraisent, fraisais, fraisait, fraisions, fraisiez, fraisaient, fraisai, fraisas, fraisa, fraisâmes, fraisâtes, fraisèrent, fraiserai, fraiseras, fraisera, fraiserons, fraiserez, fraiseront)
-
Conjugations for uitboren:
o.t.t.
- boor uit
- boort uit
- boort uit
- boren uit
- boren uit
- boren uit
o.v.t.
- boorde uit
- boorde uit
- boorde uit
- boorden uit
- boorden uit
- boorden uit
v.t.t.
- heb uitgeboord
- hebt uitgeboord
- heeft uitgeboord
- hebben uitgeboord
- hebben uitgeboord
- hebben uitgeboord
v.v.t.
- had uitgeboord
- had uitgeboord
- had uitgeboord
- hadden uitgeboord
- hadden uitgeboord
- hadden uitgeboord
o.t.t.t.
- zal uitboren
- zult uitboren
- zal uitboren
- zullen uitboren
- zullen uitboren
- zullen uitboren
o.v.t.t.
- zou uitboren
- zou uitboren
- zou uitboren
- zouden uitboren
- zouden uitboren
- zouden uitboren
en verder
- ben uitgeboord
- bent uitgeboord
- is uitgeboord
- zijn uitgeboord
- zijn uitgeboord
- zijn uitgeboord
diversen
- boor uit!
- boort uit!
- uitgeboord
- uitborend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for uitboren:
Verb | Related Translations | Other Translations |
aléser | uitboren | |
fraiser | uitboren | frezen |
External Machine Translations: