Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. uitkomen bij:


Dutch

Detailed Translations for uitkomen bij from Dutch to French

uitkomen bij:

uitkomen bij verb

  1. uitkomen bij (resulteren; uitvloeien in)
    résulter; aboutir à; atteindre; culminer
    • résulter verb
    • aboutir à verb
    • atteindre verb (atteins, atteint, atteignons, atteignez, )
    • culminer verb (culmine, culmines, culminons, culminez, )

Translation Matrix for uitkomen bij:

VerbRelated TranslationsOther Translations
aboutir à resulteren; uitkomen bij; uitvloeien in aansturen; aflopen; belanden; eindigen op; geraken; raken; resultaat; resulteren; terechtkomen; tot gevolg hebben; treffen; uitdraaien op iets; uitkomen op; uitlopen; uitmonden; uitpakken; vergaan; verlopen; verstrijken; vervallen; verzeilen; voorbijgaan
atteindre resulteren; uitkomen bij; uitvloeien in aangaan; aankomen; aflopen; arriveren; behalen; bereiken; beroeren; betreffen; doordringen; komen tot; ontroeren; penetreren in; raken; reiken; slaan op; terechtkomen; treffen; vergaan; verkrijgen; verlopen; verstrijken; vervallen; voorbijgaan; winnen
culminer resulteren; uitkomen bij; uitvloeien in culmineren
résulter resulteren; uitkomen bij; uitvloeien in spruiten; voortspruiten

Related Translations for uitkomen bij