Dutch
Detailed Translations for vrijhouden from Dutch to French
vrijhouden:
-
vrijhouden (openhouden)
retenir libre; réserver; garder-
retenir libre verb
-
réserver verb (réserve, réserves, réservons, réservez, réservent, réservais, réservait, réservions, réserviez, réservaient, réservai, réservas, réserva, réservâmes, réservâtes, réservèrent, réserverai, réserveras, réservera, réserverons, réserverez, réserveront)
-
garder verb (garde, gardes, gardons, gardez, gardent, gardais, gardait, gardions, gardiez, gardaient, gardai, gardas, garda, gardâmes, gardâtes, gardèrent, garderai, garderas, gardera, garderons, garderez, garderont)
-
Conjugations for vrijhouden:
o.t.t.
- houd vrij
- houdt vrij
- houdt vrij
- houden vrij
- houden vrij
- houden vrij
o.v.t.
- hield vrij
- hield vrij
- hield vrij
- hielden vrij
- hielden vrij
- hielden vrij
v.t.t.
- heb vrijgehouden
- hebt vrijgehouden
- heeft vrijgehouden
- hebben vrijgehouden
- hebben vrijgehouden
- hebben vrijgehouden
v.v.t.
- had vrijgehouden
- had vrijgehouden
- had vrijgehouden
- hadden vrijgehouden
- hadden vrijgehouden
- hadden vrijgehouden
o.t.t.t.
- zal vrijhouden
- zult vrijhouden
- zal vrijhouden
- zullen vrijhouden
- zullen vrijhouden
- zullen vrijhouden
o.v.t.t.
- zou vrijhouden
- zou vrijhouden
- zou vrijhouden
- zouden vrijhouden
- zouden vrijhouden
- zouden vrijhouden
diversen
- houd vrij!
- houdt vrij!
- vrijgehouden
- vrijhoudend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for vrijhouden:
Verb | Related Translations | Other Translations |
garder | openhouden; vrijhouden | achterhouden; behoeden; behouden; beschermen; beveiligen; bewaken; bewaren; conserveren; deponeren; geen afstand doen van; gevangen zetten; handhaven; hoeden; houden; in bescherming nemen; in de cel zetten; inhouden; interneren; isoleren; leggen; neerleggen; niet laten gaan; opsluiten; opzij leggen; patrouilleren; plaatsen; reserveren; stand houden; surveilleren; toezicht houden; toezien; van alarm voorzien; vasthouden; vastzetten; voorbehouden; wegleggen; wegzetten |
retenir libre | openhouden; vrijhouden | |
réserver | openhouden; vrijhouden | achterhouden; afzonderen; behouden; bestemmen; opzijleggen; reserveren; terughouden; voorbehouden |