Dutch
Detailed Synonyms for strijdend in Dutch
strijdend:
strijden:
-
strijden
-
strijden
-
strijden
– elkaar aanpakken met vuisten, wapens, of andere middelen 1
Conjugations for strijden:
o.t.t.
- strijd
- strijdt
- strijdt
- strijden
- strijden
- strijden
o.v.t.
- streed
- streed
- streed
- streden
- streden
- streden
v.t.t.
- heb gestreden
- hebt gestreden
- heeft gestreden
- hebben gestreden
- hebben gestreden
- hebben gestreden
v.v.t.
- had gestreden
- had gestreden
- had gestreden
- hadden gestreden
- hadden gestreden
- hadden gestreden
o.t.t.t.
- zal strijden
- zult strijden
- zal strijden
- zullen strijden
- zullen strijden
- zullen strijden
o.v.t.t.
- zou strijden
- zou strijden
- zou strijden
- zouden strijden
- zouden strijden
- zouden strijden
en verder
- ben gestreden
- bent gestreden
- is gestreden
- zijn gestreden
- zijn gestreden
- zijn gestreden
diversen
- strijd!
- strijdt!
- gestreden
- strijdend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
het strijden
-
het strijden