Dutch
Detailed Synonyms for woeden in Dutch
woeden:
-
woeden
Conjugations for woeden:
o.t.t.
- woed
- woedt
- woedt
- woeden
- woeden
- woeden
o.v.t.
- woedde
- woedde
- woedde
- woedden
- woedden
- woedden
v.t.t.
- heb gewoed
- hebt gewoed
- heeft gewoed
- hebben gewoed
- hebben gewoed
- hebben gewoed
v.v.t.
- had gewoed
- had gewoed
- had gewoed
- hadden gewoed
- hadden gewoed
- hadden gewoed
o.t.t.t.
- zal woeden
- zult woeden
- zal woeden
- zullen woeden
- zullen woeden
- zullen woeden
o.v.t.t.
- zou woeden
- zou woeden
- zou woeden
- zouden woeden
- zouden woeden
- zouden woeden
diversen
- woed!
- woedt!
- gewoed
- woedend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze